Aantal gemeenten onder preventief financieel toezicht
In 2020 stonden twee gemeenten onder preventief toezicht: Zwijndrecht (voorjaar 2020 opgeheven na vaststelling van hun herstelplan), Vlaardingen en Den Haag (vanwege bestuurlijke issues en daardoor termijnoverschrijding).
Opkomst verkiezingen
In 2020 zijn er geen verkiezingen Provinciale Staten geweest.
Waardering openbaar vervoer op basis van de Klantenbarometer
De OV-klantenbarometer is vorig jaar alleen voor het eerste kwartaal uitgevoerd. Daarna zijn de metingen vanwege corona gestaakt. In 2020 is dan ook geen volledig en representatief onderzoek gedaan om deze wettelijke indicator te kunnen invullen.
Totale emissie broeikasgassen in Zuid-Holland (Mton)
De totale CO2-uitstoot (scope 1) in de provincie Zuid-Holland in 2019 was 42,3 Mton. Dat is 1,0
Mton lager dan in 2018. De CO2-uitstoot is de laatste jaren, mede door de 2013 SER energieakkoord afspraken, afgenomen en sinds 2018 onder het niveau van 2010.
Totale productie van hernieuwbare energie in Zuid-Holland (PJ)
De totale hoeveelheid hernieuwbare energie is sinds 2010 met bijna 250% gestegen tot 25.536 TJ in 2019. Daarmee is het aandeel hernieuwbaar 5,9% t.o.v. het totaal energiegebruik.
Procentuele groei BRP
De economie van Zuid-Holland lijkt in deze bijzondere coronatijden nét iets boven het landelijk gemiddelde te presteren. Er zijn alleen nog landelijke cijfers bekend, afzonderlijke cijfers voor Zuid-Holland zullen pas later bekend worden, het betreft nu nog een prognose, te weten op basis van de Macro-Economische Verkenningen 2021. De krimp in 2020 is net iets kleiner dan de landelijke 5%. De verklaring daarvoor lijkt te zijn gelegen in de brede sectorale structuur van de regionale economie, die zorgt dat de klap minder groot is. Zo wordt Zuid-Holland minder geraakt dan gebieden waar toerisme en horeca een sterker stempel op de regionale economie drukken.
Procentuele werkgelegenheid
Er zijn alleen nog landelijke cijfers bekend (70,5%), afzonderlijke cijfers voor Zuid-Holland zullen pas later bekend worden. Het betreft nu dus nog een prognose, te weten op basis van de Macro-Economische Verkenningen 2021. Het verschil met het landelijke cijfer is in de prognose nog ongeveer gelijk gebleven aan dat uit 2019 (0,4% minder werkgelegenheid in Zuid-Holland dan landelijk). De trend uit eerdere jaren is dat het verschil met de landelijke cijfers wel terugloopt.
Restauratievolume
Alle provincies hebben een Erfgoedmonitor, waarin gegevens van alle rijksmonumenten in de provincie zijn opgenomen. De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed verzamelt de gegevens van alle provincies en publiceert deze op een geaggregeerd niveau via www.erfgoedmonitor.nl. De provinciale Erfgoedmonitor is vanwege privacy-gevoeligheid niet publiek toegankelijk. De data in de monitor worden jaarlijks geactualiseerd, en wordt een deel van de rijksmonumenten vastgelegd met foto-beelden vanaf de openbare weg. De gecombineerde data leveren elke vier jaar een volledig geactualiseerde monitor op. De monitor bevat gegevens van alle niet-woonhuis rijksmonumenten in de provincie. Deze vallen onder het provinciaal beleid en kunnen provinciale steun krijgen bij een noodzakelijke restauratie. Regulier onderhoud van deze objecten wordt ondersteund door de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.
In de Erfgoedmonitor is o.a. de onderhoudsstaat van de groep niet-woonhuis rijksmonumenten opgenomen. Eind 2016 is de eerste monitor uitgevoerd, waaruit bleek dat toen 15,4% van deze rijksmonumenten in een matige tot slechte staat verkeerde. Eind 2020 bedraagt het percentage 12,8%. Dit percentage is merkbaar gedaald als direct gevolg van de provinciale inzet op restauratie. In de tussenliggende jaren is de monitor echter ook kwalitatief verbeterd, zijn er categorieën erfgoed gewijzigd en is het aantal afzonderlijk gemonitorde onderdelen van rijksmonumentale complexen sterk uitgebreid. Zo is bijvoorbeeld nu ook de categorie ‘hofjeswoningen’ toegevoegd, die ook voor provinciale restauratiesubsidie in aanmerking komt. Dit is een categorie die er relatief goed bij staat. Als gevolg hiervan is het huidige percentage restauratievolume sneller gedaald.
Berekend is hoe snel het percentage "matig-slecht" omlaag gaat bij de huidige provinciale inzet op restauratie, waarbij is meegerekend dat het huidige percentage "redelijk-goed" ook niet statisch is, omdat deze objecten kunnen verslechteren door gebrek aan onderhoud. Bij de bepaling van de percentages is gerekend met de huidige inzet van € 2.576.942 tot en met 2023 en € 2.326.942 vanaf 2024. Het landelijk bepaalde streefpercentage "matig-slecht" van 10% zal hiermee eind 2030 worden bereikt. Elke extra provinciale inzet op restauratie vertaalt zich in een snellere daling van het percentage en het eerder behalen van dit doel.
Belangrijke kanttekening hierbij is dat twee categorieën erfgoed nu nog ontbreken en de komende jaren worden toegevoegd, te weten Groen Erfgoed en Interieurs / Orgels. Deze zijn tot op heden nog niet opgenomen in de monitor omdat zij om een aangepaste methodiek vragen. Er kan nog geen indicatie worden gegeven van de restauratiebehoefte van deze twee categorieën. Voor Groen Erfgoed zal dit waarschijnlijk vanaf 2021 mogelijk zijn. De verwachting is dat met name voor Groen Erfgoed, gezien de omvang van de categorie en de oppervlakte van de terreinen, de restauratiebehoefte omvangrijk zal zijn. Dit ondanks dat binnen de erfgoedlijn Landgoederenzone de laatste jaren al diverse groene monumenten zijn gerestaureerd met een provinciale bijdrage. Omdat de categorieën Groen Erfgoed en Interieurs / Orgels nog niet in de monitor zijn opgenomen vertaalt provinciale inzet zich op dit moment niet in een daling van het percentage, maar juist in een stijging. Deze inzet gaat, voor wat betreft het percentage, ‘ten koste’ van een restauratiebijdrage aan erfgoed dat wel in de monitor is opgenomen. De in de tabel opgenomen percentages geven hiermee een indicatie van de daling van het percentage restauratievolume.
Aantal KRW-grondwaterlichamen dat aan de KRW-doelen voldoet
De laatste officiële KRW-beoordeling en vaststelling vond plaats in 2015 aan het einde van Stroomgebiedsbeheerplan II. In 2015 was het aantal KRW grondwaterlichamen dat aan de KRW-doelen voldoet, 4 uit 5. In 2021 vindt de eerstvolgende officiële KRW-beoordeling plaats, dit gebeurt bij het vaststellen van Stroomgebiedsbeheersplan III en de daarbij horende factsheets grondwater. In de tussenjaren, 2016 tot en met 2020 vindt er geen meting plaats voor KRW grondwater.
Jaarlijkse groei van het aantal ha nieuw ingericht natuurgebied ten opzichte van de opgave
Het aantal hectaren nieuw ingerichte natuur ten opzichte van de opgave was in 2020 6,8 ha. Dit valt lager uit dan de streefwaarde in 2020, doordat de deadlines voor de realisatie van de deelprogramma’s Krimpenerwaard (circa 1750 ha) en Gouwe Wiericke (circa 800 ha) zijn verplaatst van 2021 naar 2026 respectievelijk 2024. De verwachte programmering voor realisatie is daarmee naar achteren verplaatst.
Jaarlijkse groei van het aantal ha nieuw natuurgebied in beheer ten opzichte van de opgave
Het aantal hectaren nieuw natuurgebied in beheer ten opzichte van de opgave was in 2020 circa 644 ha, dit is 263 ha meer dan de bepaalde streefwaarde. Daarmee is het areaal natuur in beheer gestegen met 2% ten opzichte van de bedachte 1%.